Tbc is te behandelen met antibiotica.
De behandeling duurt minimaal 6 maanden en kan bijwerkingen hebben.
De behandeling vindt meestal thuis plaats met isolatiemaatregelen. Een minderheid van de
tbc-patiënten wordt voor behandeling opgenomen in een ziekenhuis.
Niet alle mensen die besmet worden met de tbc-bacterie krijgen ook de ziekte tuberculose.
Ter voorkoming van actieve tbc kunnen de mensen die alleen nog maar besmet zijn maar nog
niet ziek zijn medicijnen gaan slikken.
Mensen die een slechte afweer hebben (door AIDS, kanker, na orgaantransplantaties enz.) lopen meer risico op het krijgen van tbc na besmetting dan gezonde mensen.
Het merendeel van de patiënten met tuberculose wordt behandeld zonder opname in een ziekenhuis. Van alle tuberculosepatiënten wordt 40-45% in het ziekenhuis opgenomen, gemiddeld voor een periode van vier weken.
De meeste Nederlandse artsen zien vrijwel nooit tuberculosepatiënten en weten er daarom vaak
niet veel van.
De ziekte wordt in het ziekenhuis behandeld door de longarts en buiten het ziekenhuis door de tuberculose-arts van de GGD. Deze houdt zich vaak bezig met moeilijk bereikbare patiënten, zoals drugsverslaafden, alcoholisten, asielzoekers en illegalen met tuberculose.
|